Lineaire bewegingen zijn op verschillende manieren te realiseren. Met pneumatische en hydraulische cilinders, elektrische actuatoren, riem- of spindel aangedreven units, spindelhefelementen, lineaire motoren en, last but not least, de ruimtebesparende duwketting. Waren tot zo’n tien à vijftien jaar terug pneumatische oplossingen dominant, inmiddels hebben elektromechanische varianten al zo’n 20 tot 30% van de ‘lineaire pneumatiekmarkt’ overgenomen. Elektrische actuatoren knagen zelfs al enthousiast aan de onderkant van de hydrauliekmarkt. Deze elektrificatie zal de komende jaren in versneld tempo doorzetten. Samen met experts van AXIS & Stuifmeel BV uit Waddinxveen namen we een kijkje in de wereld van lineaire aandrijvingen.
De grootste ‘strijd’ op de lineaire markt wordt zonder twijfel gevoerd tussen elektrische en pneumatische aandrijvingen. Hydrauliek is immers een verhaal apart, omdat daar veelal sprake is van zeer grote krachten, die in ieder geval niet met pneumatiek en (binnen bepaalde afmetingen) vaak ook niet met elektrische aandrijvingen te evenaren zijn. Alhoewel ook die grens, ten gunste van elektrisch, aan het verschuiven is. Tegenwoordig zijn er namelijk compacte spindel-aangedreven actuatoren die krachten tot 60.000 N en snelheden tot 2.000 mm/s binnen bereik brengen, terwijl met spindelhefelementen zelfs hefkrachten tot 2.000 kN haalbaar zijn. Focussen we ons op de brede lineaire markt tot 3 kW, dan kunnen bewegingen qua kracht en snelheid vaak zowel pneumatisch als elektrisch worden gerealiseerd. Dat de keuze daarbij steeds vaker op elektrisch valt, lijkt om meerdere redenen niet onlogisch.
Lees hier verder het artikel uit het vakblad Process Control nummer 6/2020